Op Prinsjesdag is de miljoenennota gepresenteerd en hebben minister Hoekstra en staatssecretaris Snel van financiën het Belastingplan 2020 bij de Tweede Kamer ingediend. Hieronder zetten wij de belangrijkste wetsvoorstellen uit het pakket Belastingplan 2020 voor u op een rij.
- Snellere invoering tweeschijvenstelsel in 2020
Het Belastingplan 2020 bevat verschillende maatregelen die de inkomstenbelasting verlagen en (meer) werken nog lonender te maken. Een van deze maatregelen is het versneld invoeren van het tweeschijvenstelsel en dat zal al in 2020 zijn. Deze invoering stond aanvankelijk gepland voor 2021. In het belastingplan zijn onderstaande inkomstenbelastingtarieven voor 2020 opgenomen.
| Inkomen van | tot | < AOW | ≥ AOW | ||
| € – | € 34.712 | 37,35% | 19,45% | ||
| € 34.712 | € 68.507 | 37,35% | 37,35% | ||
| € 68.507 | 49,50% | 49,50% |
- Geleidelijke verlaging zelfstandigenaftrek per 2020
Een ander voorstel is om de zelfstandigenaftrek, die nu nog € 7.280,- bedraagt, vanaf 2020 geleidelijk te verlagen met acht stappen van € 250,- en één stap van € 280,- naar een bedrag van € 5.000,- in 2028.
- Wijziging tarief vennootschapsbelasting in 2020 en 2021
De eerder geplande verlaging van het VPB tarief voor winsten boven de € 200.000,- is deels teruggedraaid. De tarieven voor de vennootschapsbelasting (VPB) en de aanmerkelijk belangheffing (AB) worden volgens het belastingplan de komende jaren als volgt vastgesteld:
| VPB tarief
Winst ≤ € 200.000 |
VPB tarief
Winst > € 200.000 |
AB tarief
(box 2) |
|||
| 2019 | 19% | 25% | 25% | ||
| 2020 | 16,5% | 25% | 26,25% | ||
| 2021 | 15% | 21,7% | 26,9% |
- Betalingskorting en belastingrente vennootschapsbelasting
Op dit moment krijgt u als ondernemer korting op het moment dat u de vennootschapsbelasting in één keer betaalt. Deze betalingskorting wordt voor de vennootschapsbelasting vanaf 1 januari 2021 afgeschaft.
Tevens heeft het kabinet voorgesteld om vanaf 1 januari 2020 de regeling ten aanzien van de belastingrente voor de VPB aan te passen. Indien een VPB aangifte binnen zes maanden na afloop van het tijdvak, waarover de belasting wordt geheven (doorgaans 1 juni), wordt ingediend en de belastingaanslag wordt vastgesteld overeenkomstig de ingediende aangifte, is er geen belastingrente meer verschuldigd.
Het belastingrentepercentage voor de VPB blijft 8% op jaarbasis. Voor overige belastingen, waaronder begrepen de inkomstenbelasting, geldt een belastingrente van 4%.
De regeling met betrekking tot de belastingrente voor de inkomstenbelasting blijft ongewijzigd. Indien er voor 1 mei een aangifte inkomstenbelasting wordt ingediend en de belastingaanslag wordt vastgesteld overeenkomstig de ingediende aangifte is er geen belastingrente meer verschuldigd.
- Hogere bijtelling voor elektrische auto
In de komende jaren zal de bijtelling voor de elektrische auto in stappen omhoog gaan. Daarnaast wijzigt het deel van de cataloguswaarde waarop de korting van toepassing is (de zogenoemde cap).
Het kabinet wil de bijtelling voor elektrische auto’s vanaf 2026 gelijk gaan stellen aan het standaard bijtellingspercentage van 22%. Voor auto’s die niet elektrisch zijn, geldt al vanaf 2017 een bijtelling van 22%. Voor auto’s die in de jaren 2014, 2015 of 2016 voor het eerst te naam gesteld zijn geldt mogelijk een ander bijtelling tarief in verband met overgangsrecht.
| 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 e.v. | |
| Bijtelling | 4% | 8% | 12% | 16% | 16% | 16% | 17% | 22% |
| Cap | € 50.000 | € 45.000 | € 40.000 | € 40.000 | € 40.000 | € 40.000 | € 40.000 | – |
Voor de bijtelling is de datum van kentekenregistratie doorslaggevend. Vervolgens behoudt u gedurende 5 jaar hetzelfde bijtellingtarief. Indien u voornemens bent om een elektrische auto aan te schaffen is het fiscaal gezien interessant om de auto voor 1 januari 2020 op naam te zetten, zodat u nog gedurende 5 jaar gebruik kunt maken van het 4% bijtellingstarief.
- Wijziging box 3 heffing vanaf 2020
Via dit nieuwsbericht willen wij nogmaals onder de aandacht brengen dat het kabinet voornemens is om de box 3 belastingheffing vanaf 2022 te wijzigen. Het kabinet is voornemens om haar plannen in de zomer van 2020 verder te concretiseren door middel van een wetsvoorstel.
Voor informatie inzake de plannen omtrent de box 3 belastingheffing voor zover deze op dit moment bekend zijn, verwijzen wij naar ons nieuwsbericht van 9 september 2019: https://www.nhadviseurs.nl/media/wijziging-box-3-heffing-vanaf-2020/
- Overdrachtsbelasting niet-woningen
Het kabinet wil het tarief van de overdrachtsbelasting voor niet-woningen vanaf 2021 verhogen van 6% naar 7%.
Het tarief van 7% gaat volgens de kabinetsplannen gelden voor onroerende zaken, zoals:
- bedrijfsgebouwen en bedrijfsruimten;
- grond die bestemd is voor woningbouw;
- een gekochte steiger en het water bij een woonark;
- hotels en pensions;
- een onroerende zaak die bestemd is voor gebruik als verpleeginstelling, verzorginstelling of ziekenhuis;
De verhoging geldt niet voor woningen. Volgens de huidige plannen blijft voor woningen inclusief aanhorigheden zoals een garage voor de privé auto een tarief van 2% gelden.
Voor verdere informatie met betrekking tot eerdere kabinetsplannen inzake de overdrachtsbelasting verwijzen wij naar ons nieuwsbericht van 2 september 2019: https://www.nhadviseurs.nl/media/verhoging-overdrachtsbelasting-woningen-voor-beleggers-en-verlaging-voor-starters/
- DGA-taks € 500.000
Tot slot is het kabinet voornemens is om vanaf 2022 de schuld aan de eigen B.V., voor zover deze hoger dan € 500.000,-, bij u als DGA te belasten als inkomen uit aanmerkelijk belang. Voor zover uw schuld aan de eigen B.V. in fiscale zin een eigenwoningschuld is, telt deze niet mee voor het grensbedrag van € 500.000. Het kabinet heeft aangekondigd dat zij voornemens is om in het 4e kwartaal van 2019 meer duidelijkheid te geven omtrent dit wetsvoorstel.
